Van ‘Europees kampioen zitten’ naar beweegrijke leerlingen

Kinderen op basisscholen in Nederland hebben de twijfelachtige eer om kampioen zitten te zijn. Daar moet verandering in komen. Vorig jaar september zijn daarom twee Maastrichtse basisscholen begonnen met de Dynamische Schooldag. 

Krantenmeppertje 

Basisschool Amby is een van de twee basisscholen die meedoen aan het invoeren van de Dynamische School. Aimée (9) en Pien (10) hebben al wat ervaring. “Tussen de lessen door doen we nu beweegspelletjes”, legt Aimée uit. “Zoals krantenmeppertje. Dat is een soort tikkertje waarbij je de naam noemt van de leerling die je achterna moet rennen met een krant.” Pien vindt dat bewegen tijdens de lesdag wel fijn. “Soms zit mijn hoofd zo vol. Door het bewegen is er weer plek en kunnen mijn hersenen weer actief zijn.”

Maar wat is de Dynamische Schooldag eigenlijk?
“Binnen de Dynamische Schooldag is een van de onderdelen bewegend leren”, legt groepsleerkracht Ruben Laenen uit. “We zijn hier vorig jaar mee begonnen en je ziet dat inmiddels alle leerkrachten enthousiast zijn. Naast de nodige beweging voor de leerlingen, zie ik als leerkracht ook de dynamiek tussen leerlingen. Wordt er rekening gehouden met elkaar? Wordt het de fanatieke sporters extra lastig gemaakt? Dat zorgt voor nieuwe gespreksstof tijdens de les.” 

Op maat
Maastricht Sport zorgt voor de procesbegeleiding op de twee scholen. Combinatiefunctionaris Jeroen van Meijel: “We bieden bewust maatwerk aan, omdat op elke school de leerlingen, docenten, het gebouw en speelplein anders zijn. Samen met het lectoraat Move to be van Fontys zijn we begonnen met een driejarig onderzoek. Tijdens vijf bijeenkomsten van de community of practice – een werkgroep van leerkrachten, directie, docent onderzoekers van het lectoraat en Maastricht Sport– zorgen we voor informatie en inspiratie. Scholen kiezen vervolgens zelf waar ze mee aan de slag gaan.”

Bewegen volgens plan
“Inmiddels zien leerkrachten dat het werkt”, vertelt Roel Hendriks van Maastricht Sport. “Maar het is lastig om de beweegopdrachtjes structureel in te plannen tijdens de dag. Daarom hebben we de roosters geanalyseerd en een weekplan gemaakt.” Ruben Gardeniers werkt vijf jaar als combinatiefunctionaris bij Basisschool Amby. “Ik zie dat in tijden van drukte, de beweegspelletjes soms worden overgeslagen. Dat is begrijpelijk, maar ook dan is beweging belangrijk.”

Doorwerken
Het is fijn om binnen het weekplan te bepalen wanneer je welke opdracht doet, ervaart ook groepsleerkracht Ruben. “Dan zijn de leerlingen net geconcentreerd aan het werk en kun je ze beter niet onderbreken voor de geplande beweegopdracht. Dan laat ik ze liever nog vijf minuten doorwerken en daarna bewegen. En voor sommige leerlingen die liever rustig blijven, is zo’n actieve onderbreking ook niet altijd fijn. Dat is steeds een beetje zoeken.”

Blijven leren
De twee meiden zijn in ieder geval blij met de beweegspelletjes. “Tijdens het stapelspel moesten we bijvoorbeeld een milkshake of hamburger uitbeelden. Dat was leuk!” Hun leerkracht lacht. “Deze oefening deden we binnen, maar het was beter geweest om dit buiten te doen. Zo leren we elke keer weer en kunnen we verbeteren. Het is belangrijk om hier flexibel in te kunnen zijn.”

Minder tijd?
Betekenen die onderbrekingen niet dat er weer iets bijkomt en dus minder tijd voor les is? Jeroen: “Nee, we zien juist het tegenovergestelde. Doordat kinderen bewegen zijn ze daarna beter geconcentreerd en ben je bijvoorbeeld minder tijd kwijt met extra uitleg. Daardoor verloopt de les dus juist beter.”